Gambia |
Klik op de afbeelding om naar de foto's door te gaan.
Een culturele uitwisseling tussen Belgische studenten en Gambiaanse studenten
Dag 4, Zaterdag 14 juni
We kropen zoals elke morgen uit ons bed met een brede glimlach. We namen een goed ontbijt, enkele rek en strek oefeningen, want het wordt in de voormiddag werkendag!
Glenn nagelde een ‘paar’ platforms in elkaar, Bjorn schaafde het hout met de vlakschaafmachine , Jasper schuurde het hout, Jorne zaagde de planken met de Sint-Jozefzaag, Brecht deed het ‘grote denkwerk’, Andy, Jonas en Karen schaafden het hout met de handschaaf, Thomas was aan het vogelen met een vogeltje, Tja … hij had er al een hechte band mee. Tenslotte hielp Bob de bouwer of beter gezegd Bob Marley, heel het project in het oog of alles goed verliep.
s’ Middags aten we een soort van spagetti met tomatensaus met tapalapa (bijnaam van Brecht of ook gewoon een mini stokbrood). En als dessert kregen we een soort van drinkyoghurt. Iets heel zoets, een geelkleurige lopende massa en met een vleugje bananensmaak, boababjuice genaamd..
In de namiddag vertokken we met Ibrahim richting Kartung, een doprje meer in het zuiden van Gambia
We moesten door een straatje vol met wespen. Andy kreeg van een wesp een steek. Een hele verdikking op de enkel, maar dat kwam nog goed na dat hij er wat zalf op smeerde.
We liepen ( slenterden ) ook nog door een voetbalplein waar geen enkel sprietje gras op stond.
Iets verderop stonden de typische Afrikaanse hutjes. Er waren ook veel varkens en palmbomen in dit dorpje. Zo leerden we de techniek om in zo’n palmboom te klimmen, allé …dat probeerden we toch. De klimmende klimmers waren; Andy, Bob, Jonas, Brecht en nog enkele. Maar of we hoog klommen was een andere vraag. Na de beklimming wandelden we nog even rond en gingen daarna terug naar Kerr sering, maar!!!! PLOTS! Onderweg begon de bus van Ibrahim het te begeven. Het begon hevig te schudden, net of hij in de verkeerde versnelling aan het rijden was. Ineens viel de motor stil. De benzine was op! Daar stonden we dan aan de kant. Ondertussen liep de vriend van Ibrahim op zoek naar benzine. Wachten, wachten en nog eens wachten en het werd er niet frisser op. Na lange tijd kwam hij eindelijk terug met de benzine.
We gingen nog even de supermarkt binnen om wat water en eten te kopen, Thomas denk aan de lijn, hé! Daarna maakte Bobby voor ons het eten klaar in kerrsering. Wat hebben wij een goede leerkracht meegekregen, en het smaakte nog ook! Daarna was het de afwas. We hadden drie nieuwe afwasmachines gekocht. Een Glennmachien, een Ritsmachien, en een Bjornmachien. Allemaal van de beste kwaliteit. Na de afwas werd er nog wat gekaart en daarna kropen we allemaal in ons bedje.
Dag 5, zondag 15 juni
Vandaag vertrokken we naar een heel afgelegen plaats, het Jimbana park. Eerst gingen we met Ibrahim, onze vaste koerier, naar het stadion van The Gambia. Daar kregen we een training te zien van de Gambiaanse voetbalploeg op hoogste niveau. Het was heel warm, ongelofelijk dat de spelers in zo’n hitte kunnen trainen. Thomas was helemaal in de wolken. Ook wanneer hij met speler ‘nummer
Maar we gingen niet alleen voor deze speler naar hier. Paul Put, trainer met Belgische nationaliteit die live training gaf in The Gambia. Ook met hem mochten we op de foto.
Paul Put bedankte ons en heette ons altijd van harte welkom.
We reden verder naar het Jimbana Park maar passeerden eerst langs de hoofdstad Banjul, waar opmerkelijk veel kraampjes stonden en grote gebouwen. Het was er niet heel erg druk omdat het zondag was. We gingen ook nog even naar de markt.
Na een korte ‘shopping-trip’ reden dus verder naar de ferry, waar tijdens het wachten langs alle kanten werden aangevallen door sieradenverkopers. Bling-bling. Thomas kon die mooie spulletjes niet weerstaan en liet zich verleiden door een T-shirt van de voetbalploeg van Gambia. Toen onze boot aankwam reden we met de bus de ferry op. We gingen helemaal bovenaan in het zonnetje zitten. ‘Brecht speelde met enkele Gambianen een potje djembé. Het was redelijk warm aan het worden en de meesten namen een zakje met ijs in beslag voor een kleine twee Dalasi. We kwamen aan de overkant aan en reden samen met Ibrahim naar het Jimbana Park, een soort van natuurpark dat ligt in Backalarr. Het was nog wel een heel eindje rijden over een typisch Afrikaanse zandweg vooraleer we in het park aankwamen.
Aangekomen bij Jimbana park viel ons vooral de rust en stilte op. Nergens in Belgie zal je een plaats vinden waar je absolute stilte vindt. Geen auto’s, geen vliegtuigen,… alleen maar pure stilte.
Brecht heeft heel de tijd djembe gespeeld, Thomas heeft heel de tijd gevoetbald en Glenn heeft de hele tijd … geslapen. Na een gezellig Afrikaanse feestnacht zijn we dan allemaal gaan slapen.
Slaap wel. Gambia is the best!
Door Bjorn TorfsWoensdag 11 juni
Waneer iedereen een laatste knuffel en kusje heeft gekregen van mama en papa konden we met pak en zak naar het perron vertrekken. Trein naar Amsterdam, vlieghaven Schiphol. Roltrappen naar boven, onder , links, rechts, we moesten alle kanten uit.
Na 6 uur vliegen zette de piloot eindelijk de landing in, en dan was het zover, snel enkele gegevens noteren en onze koffers halen.
August stond ons al op te wachten om met zijn bus ons naar het appartement, Kerr sering, te brengen. Het was dan ook zalig om het landschap te trotseren, het was muisstil in de bus, iedereen genoot ervan.
We reden door enkele zandweggetjes om zo tot aan onze verblijfplaats te kunnen geraken
Eens in het appartement lieten we 50 Euro omwisselen in Dalasi.
Die avond hebben we onze eerste maaltijd in Gambia gekregen. 1400 Dalasi voor 12 personen, een spotprijs als je weet dat 1400 Dalasi overeenkomt met 44 euro…4 euro per persoon voor een hoofdgerecht en een drankje. Spotgoedkoop!
Na het ontbijt zijn we richting Bakoteh gereden om daar kennis te gaan maken met de andere schrijnwerkers. Na een introductie van de directeur hebben we een rondleiding gekregen in de ateliers en hebben we de plannen besproken voor de bouw van de speeltoestellen.
Wanneer het eens geraakt waren over de keuze van het speeltoestel, zijn we rechtstreeks naar een houthandel in Serekunda gereden om het geschikte hout te gaan uitkiezen en de hoeveelheid te gaan bepalen.
De houtsoort waar we mee gaan werken is Mahogany, oftewel ‘red wood’, zoals de mensen het hier noemen. We waren zeer onder de indruk van de prijs van het hout.
Wij dachten dat het veel ging kosten omdat het toch een tropische houtsoort is, maar naar Belgische normen was het hout hier spotgoedkoop.